Informations Administratives
20.05.1999
Spécial
INTERINSTUTIONS, TOUS LIEUX D'AFFECTATION + PENSIONNES
Sommaire  

OVERDRACHT VAN BIJ EEN FINS PENSIOENSTELSEL VERWORVEN PENSIOENRECHTEN NAAR DE PENSIOENREGELING VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAP


1. Overdracht van bij een Fins pensioenstelsel verworven pensioenrechten naar de pensioenregeling van de Europese Gemeenschap, overeenkomstig artikel 11, leden 2 en 3 van bijlage VIII van het Statuut

    A Ambtenaren en tijdelijke functionarissen in de zin van artikel 2, sub a), c) en d) van de RAP (regeling van toepassing op de andere personeelsleden), die bij de Gemeenschappen in dienst treden en die pensioenrechten hebben verworven bij een Fins pensioenstelsel, kunnen deze pensioenrechten voortaan overdragen naar de pensioenregeling van de Gemeenschappen.

    B. Krachtens de algemene uitvoeringsbepalingen betreffende artikel 11, lid 2, van bijlage VIII van het Statuut, bekendgemaakt in mededelingen van de administratie nr. 789 van 16 april 1993, moet een schriftelijk verzoek in die zin worden ingediend bij de instelling van de Gemeenschappen waartoe het betrokken personeelslid behoort.

      a)Voor ambtenaren :

      moet dit verzoek worden ingediend binnen een termijn van zes maanden te rekenen vanaf de datum van de aanstelling in vaste dienst of de datum van herplaatsing na afloop van verlof om redenen van persoonlijke aard of van een detachering (artikel 11, lid 3, van bijlage VIII van het Statuut).

      b) Voor tijdelijke functionarissen in de zin van artikel 2, sub a), c) en d) van de RAP

      moet dit verzoek worden ingediend binnen een termijn van zes maanden te rekenen vanaf het tijdstip waarop de statutaire voorwaarden zijn vervuld om aanspraak te kunnen maken op een ouderdomspensioen (artikel 77 van het statuut).

      Het verzoek moet bij de administratie van de Gemeenschappen zijn geregistreerd vóór het verstrijken van de desbetreffende termijn. Verzoeken die na het verstrijken van deze termijn zijn ingediend, worden niet meer in aanmerking genomen, tenzij de vertraging een gevolg is van uitzonderlijke omstandigheden die niet aan het personeelslid kunnen worden toegeschreven.

2. Overgangsbepalingen

    A. Reeds in dienst zijnde ambtenaren en

      - tijdelijke functionarissen die bij de bekendmaking van deze mededeling bij een van de Instellingen van de Gemeenschap werkzaam zijn en de statutaire voorwaarden vervullen om aanspraak te kunnen maken op een ouderdomspensioen (artikel 77 van het Statuut)

      alsmede

      - gewezen ambtenaren en tijdelijke functionarissen van de Europese Gemeenschappen die bij de bekendmaking van deze mededeling reeds in het genot waren van een pensioen ten laste van de Gemeenschapsbegroting,

    EN DIE DOOR HET ONTBREKEN VAN EEN OVEREENKOMST MET HET BETROKKEN PENSIOENSTELSEL HUN RECHT OP OVERDRACHT VAN HUN PENSIOENRECHTEN NOG NIET HEBBEN KUNNEN UITOEFENEN,

    moeten hun verzoek
    SCHRIFTELIJK indienen bij de administratie van de Gemeenschappen

    BINNEN EEN TERMIJN VAN ZES MAANDEN TE REKENEN VANAF DE DATUM VAN BEKENDMAKING VAN DEZE MEDEDELING


    B. Tijdelijke functionarissen in de zin van artikel 2, sub a), c) en d) van de RAP, die bij de bekendmaking van deze mededeling in dienst zijn van de Gemeenschappen, doch nog niet voldoen aan de statutaire voorwaarden om aanspraak te maken op een ouderdomspensioen (artikel 77 van het Statuut),

    MOETEN HUN VERZOEK INDIENEN BINNEN EEN TERMIJN VAN ZES MAANDEN TE REKENEN VANAF HET TIJDSTIP WAAROP ZIJ AAN DEZE VOORWAARDEN VOLDOEN


    C. Het verzoek moet bij de administratie van de Gemeenschappen zijn geregistreerd vóór het verstrijken van de desbetreffende termijn. Verzoeken die na het verstrijken van deze termijn zijn ingediend, worden niet meer in aanmerking genomen, tenzij de vertraging een gevolg is van uitzonderlijke omstandigheden die niet aan het personeelslid kunnen worden toegeschreven.

    D. Ingeval het betrokken personeelslid vóór de bekendmaking van deze mededeling reeds is overleden of wanneer het binnen de daaropvolgende zes maanden overlijdt, gelden deze overgangsbepalingen eveneens voor het overlevingspensioen van zijn rechtverkrijgenden.



3. Algemene opmerkingen

    A. De indiening van een verzoek om overdracht houdt voor de betrokkene geenszins de verplichting in om de pensioenrechten over te dragen. De uiteindelijke beslissing wordt door hem genomen op het ogenblik dat hij het voorstel heeft ontvangen betreffende het aantal pensioenjaren waarop de overdracht recht kan geven.

    B. Alvorens een verzoek tot overdracht in te dienen, moet aandacht worden besteed aan de volgende punten :

      1) Op grond van de thans geldende statutaire bepalingen kan het ouderdomspensioen bij de Gemeenschappen niet meer bedragen dan 70 % van het laatste basissalaris. Een eventuele overdracht kan er in geen geval toe leiden dat dit percentage wordt overschreden.

      2) Aan weduwnaren/weduwen en wezen wordt een minimumpensioen van de Gemeenschappen gewaarborgd; het is dan ook mogelijk dat een eventuele overdracht van de pensioenrechten niet interessant is. Deze categorieën van personen wordt aangeraden contact op te nemen met de administratie van de Gemeenschappen alvorens zij een definitieve beslissing nemen in verband met de overdracht van pensioenrechten.

      3) De toekenning van extra pensioenjaren ingevolge de overdracht van pensioenrechten is niet van invloed op de berekening van de tien dienstjaren die moeten zijn vervuld om aanspraak te kunnen maken op een ouderdomspensioen van de Gemeenschappen (artikel 77 van het statuut).

      4) Alleen pensioenrechten die zijn verworven vóór de indiensttreding bij de Europese Gemeenschappen en pensioenrechten die tijdens perioden van verlof om persoonlijke redenen of detachering zijn verworven, komen in aanmerking voor overdracht.

      5) Wanneer er verschillende rechtverkrijgenden zijn, kan het verzoek alleen in aanmerking worden genomen wanneer alle rechtverkrijgenden het hebben gedateerd en ondertekend.

      6) Zodra de indiener van het verzoek het voorstel van de administratie van de Gemeenschappen betreffende het aantal toe te kennen pensioenjaren schriftelijk heeft aanvaard of geweigerd, kan hij niet meer op zijn beslissing terugkomen.


    C. Het verdient aanbeveling om alvorens in verband met de overdracht een definitieve beslissing te nemen (na ontvangst van het voorstel van de administratie) het volgende in overweging te nemen :
    De overdracht brengt het verlies met zich van de pensioenaanspraken die over de desbetreffende perioden bij de diverse nationale stelsels zijn verworven.



ADRESSEN VAN DE BEVOEGDE DIENSTEN

1. COMMISSIE


IX.B.6. "Overdracht van pensioenrechten" Brussel


De heer BRAUN tel. (2)296.78.91
Mevrouw COBUT tel. (2)295.60.81

2. RAAD


Directoraat "Personeel en Administratie"- Dienst "Pensioenen" - Brussel L175-0370.FK.50


Mevrouw BROKMANN tel. (2)285.61.56
Mevrouw CAMPOS tel. (2)285.72.81
De heer POURBAIX tel. (2)285.66.68

3. ECONOMISCH EN SOCIAAL COMITÉ/COMITÉ VAN DE REGIO'S


Directoraat Administratie, Personeel en Financiën - Afdeling "Aanwervingen en Personeelsbeleid" - Brussel, Ravensteinstraat 2


Mevrouw HERCZ tel. (2)546.92.47
De heer LUX tel. (2)546.90.26

4. PARLEMENT


Dienst "Pensioenen van ambtenaren, pensioenen en verzekeringen van de leden" - Luxemburg BAK 02/67


Mevrouw CRUZ DIAS tel. (352)4300.24193
De heer HANS-DIETRICH ROSSOW tel. (352)4300.27085

5. HOF VAN JUSTITIE


Afdeling Personeelszaken - Sectie B : Statutaire rechten, sociale zaken en pensioenen - Boulevard K. Adenauer 100, Kirchberg - Luxemburg


Mevrouw WAGNER tel. (352)4303.3666
Mevrouw SCHINDLBECK tel. (352)4303.3665

6. REKENKAMER


Afdeling "Personeelszaken" - 12 rue A. De Gasperi, Kirchberg - Luxemburg


De heer APEL tel. (352)4398.45635
Mevrouw HAY tel. (352)4398.45627


Sommaire  
Auteur : Direction générale du personnel et de l'administration
Direction B : Gestion des droits et obligations ; dialogue social et politique sociale

Editeur : Direction générale du personnel et de l'administration
Unité ateliers de reproduction

Page créée le 10/05/99 14:47:57, dernière modification le 11/05/99 14:51:35